Per 1 januari 2021 wordt de huidige Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) vervangen door Bijna Energie Neutraal Gebouw (BENG). De norm waarop BENG is gebaseerd is volledig vernieuwd en dus niet meer te vergelijken met de huidige EPC. De EPC norm is als sinds 1995 verplicht bij vergunningen van nieuwbouw. Al 25 jaar(!) wordt hiermee in grote lijnen de energiezuinigheid van een gebouw bepaald. De eis wordt uitgedrukt in een verhoudingsgetal, waarbij ‘1’ ongeveer gelijk is gesteld aan de gemiddelde bouwmethode in 1990. De huidige EPC-norm is 0,4. Dit is dus ongeveer 2,5 keer zuiniger dan in 1990. Er wordt gericht op een nieuwe basisnorm voor BENG die ongeveer gelijk staat aan 0,2 in de huidige EPC.
Sinds afgelopen juli is de rekensoftware voor BENG deels beschikbaar (wij gebruiken Uniec3). Hier hebben we de nodige testberekeningen mee uitgevoerd. Deze maand staat er nog een cursus op het programma waarna we, als het goed is, volledig op de hoogte zullen zijn van de impact van de nieuwe norm op de gebouwen van de nabije toekomst.
Verschil tussen EPC en BENG
De rekenmethode van BENG (NTA8800) is totaal veranderd ten opzichte van de EPC (NEN7128). Het is een volledig andere manier van kijken naar de energiezuinigheid van een gebouw. Maar ook deze ‘andere’ manier is ons niet vreemd.
Trias Energetica
De opbouw van BENG is gebaseerd op de Trias Energetica, waar ook de Passiefhuisnorm (PHPP) op is gebaseerd. Maar ook toevallig het HBO-afstudeerproject van ondergetekende. In het project heb ik samen met een klasgenoot (inmiddels al weer ruim 10 jaar geleden) een nieuwe reken- en ontwerpmethode ontwikkeld, op basis waarvan een zeer energiezuinige woning gerealiseerd kan worden tegen reële stichtingskosten. Een deel van de methode is ontleend aan de principes van de Trias Energetica. Het is een methode die wij sindsdien ook op kantoor altijd in meer of mindere mate hebben toegepast in onze ontwerpen. De manier van kijken naar ontwerpen is voor ons dus zeker niet nieuw!
Compensatie
Een veel gehoorde manier om met de EPC-berekening om te gaan is compensatie. Wanneer de woning niet gunstig is ontworpen, bijvoorbeeld veel glas op het noorden of lange leidinglengtes tussen de badkamer en de cv-ketel, is het mogelijk te compenseren met extra zonnepanelen. Hierdoor wordt een ongelijke verhouding tussen warmteverlies en installatie gecreëerd, omdat de installaties altijd het tekort kunnen opvullen. In sommige gevallen, denk aan appartementen aan de noordkant van een gebouw, moet er wel compensatie plaatsvinden om de vereiste EPC te halen.
BENG Indicatoren
Bij BENG is compensatie niet meer mogelijk omdat er met vier verschillende eisen, zogenaamde ‘indicatoren’, wordt gewerkt. Dit kan voor uitdagingen gaan zorgen in de toekomst. Er moet altijd tegelijkertijd aan alle vier de indicatoren worden voldaan.
- de maximale energiebehoefte in kWh per m2 gebruiksoppervlak per jaar
- het maximale primair fossiel energiegebruik, eveneens in kWh per m2 gebruiksoppervlak per jaar
- het minimale aandeel hernieuwbare energie in procenten
- maximale temperatuuroverschrijding (TO-juli). Het risico op oververhitting van woningen in de warmste maand juli.
De eerste indicator, de maximale energiebehoefte per m², regelt de beperking van de energievraag. Dit wordt voor een groot deel bepaald door de hoeveelheid isolatie, maar ook kierdichting en het ontwerp en oriëntatie van de woning spelen hierin een rol. Bij woningen wordt de eis tussen de 55 en 100 kWh/m²/jaar, afhankelijk van de verhouding tussen het oppervlak van de gebouwschil en het verwarmd vloeroppervlak.
De tweede indicator staat voor het aandeel aan fossiele brandstoffen. Dit is de optelling van het energiegebruik voor verwarming, koeling, warmtapwaterbereiding en ventilatoren in een gebouw. Het gebruik van duurzame energie wordt daarvan afgetrokken, waardoor alleen het fossiele verbriuk overblijft. Bij grondgebonden woningen wordt deze eis 30 kWh/m²/jaar en bij appartementen 50 kWh/m²/jaar.
De derde indicator stelt, los van indicator 2, dat een minimaal aandeel aan energie op eigen terrein moet worden opgewekt. Bij grondgebonden woningen is dit minimum 50%, bij appartementen 40%.
De vierde indicator is later aan BENG toegevoegd en geeft een eerste indicatie van het risico op te hoge temperaturen in de woning. Het getal mag niet hoger zijn dan 1,2.
Labels
Energielabels zijn al even verplicht bij iedere woning, zowel bestaande bouw als nieuwbouw. Samen met de invoering van BENG wordt ook de indeling van energielabels veranderd. Bij nieuwbouw woningen zal de energiezuinigheid ook aan het label te zien zijn, met een label van A t/m A++++.